IM

Augustus werd gekenmerkt door financiële turbulentie in China en de devaluatie van de yuan. De onzekerheid omtrent China nam verder toe in de loop van augustus. Het feit dat de Chinese overheid de daling van de aandelenmarkten geen halt kon toeroepen en de invoering van een flexibeler wisselkoersmechanisme voor de yuan voedden de vrees voor een meer uitgesproken vertraging van de Chinese economie en waren de motor achter een plotse, sterke devaluatie van de Chinese munt.

In het licht van een toename van de volatiliteit, verlaagde de Volksbank van China (“PBOC” – People’s Bank of China) nogmaals haar rentevoeten en reserveverplichtingen, waardoor de markt kon stabiliseren. We zagen hoe de spanning oversloeg naar andere groeilandeconomieën. Dit leidde tot kapitaalsuitstromen en een steile daling van de grondstofprijzen, wat nefast was voor grondstofproducerende landen. In de Verenigde Staten werd de groei voor het tweede kwartaal opwaarts herzien naar 3,7% jaar-op-jaar, vooral dankzij een heropleving van de investeringen. Een gestage vergroting van de werkgelegenheid en een lage inflatie zorgden ook voor dynamiek in de Amerikaanse huishoudconsumptie. Het werkloosheidsniveau bleef stabiel op 5.3% in juli maar de loonstijging was teleurstellend en bleef onder de 2%. Er kwamen meningsverschillen tussen de leden van het FOMC (Federal Open Market Committee) aan het licht in aanloop naar hun september-bijeenkomst. In Europa werd er een akkoord bereikt tussen Griekenland en zijn schuldeisers over de voorwaarden voor het derde hulpprogramma. Hierdoor kon een Grieks faillissement in de zomer vermeden worden. Omwille van zijn afbrokkelende meerderheid riep Premier Tsirpas echter vervroegde verkiezingen uit die zullen gehouden worden op 20 september. Dit had evenwel geen grote impact op de groei in de eurozone. Het bbp liet voor het tweede kwartaal een winst van 1,7% jaar-op-jaar optekenen, vooral dankzij de sterke prestatie van Spanje. Japan deed het het tweede trimester nogmaals teleurstellend met een bbp dat 1,6% daalde door de lage huishoudconsumptie. Paradoxaal genoeg zorgden zeer kleine prijsstijgingen (kerninflatie op 0,6% in juli) ervoor dat de gezinnen hun besparingen uit voorzorg verhoogden en hun uitgaven verminderden. Op de financiële markten werd augustus gekenmerkt door de devaluatie van de Chinese renminbi met steile dalingen van de aandelenmarkten en hoge volatiliteit op de wisselmarkten als gevolg. De grootse vrees was een door China in gang gezette vertraging van de wereldwijde economie. De groeimarktmunten devalueerden nog verder; de Braziliaanse real verloor 7.41% tot 362.05, de Zuid-Afrikaanse rand 6,44% tot 13.2799 en de Russische roebel 5,87% to t64.225. In totaal verloor de dollar index 1,29% tot 95.94. De grondstoffenmarkten hebben een uiterst volatiele maand achter de rug maar konden augustus bijna neutraal afsluiten.

Het A deelbewijs van AXA WF Optimal Income verloor 4,28% in augustus. Dat was ondermeer het gevolg van het feit dat aandelen 67% van de portefeuille uitmaakten. We behielden onze posities ondanks de sterke marktdalingen. We houden ook vast aan ons centrale economische scenario van lage groei en beperkte inflatie met een algemene economische omgeving die nog steeds ondersteund wordt door de belangrijkste centrale banken. We hebben onze posities in verschillende waarden verhoogd. De markten zijn bang dat de sterke daling van de olieprijzen, van ongeveer 50% sinds vorig jaar, wijst op een grote wereldwijde vertraging. Wij zijn er integendeel van overtuigd dat het meer gaat om een te groot aanbod in een omgeving van lage groei en dat de daling van de energieprijzen de wereldwijde groei zal aansturen. We stelden overigens vast dat sinds de jaren ‘80 alle grote olieprijsdalingen gevolgd werden door een verbetering van de wereldwijde economie.

Sinds het begin van het jaar steeg het A deelbewijs van AXA WF Optimal income met 3.58%*.

Sinds het begin van het jaar steeg het A deelbewijs van AXA WF Global Optimal income met 6.77%*.